Uit tijdschrift "Ons Meetjesland", 1974, 7de jaargang, nr. 4

De Schuttersgilde van Sint-Joris
of van «Den Staelen Voetboge» te Eeklo

(VERVOLG EN SLOT)

art 29     Item alle de boeten die er sullen gecomiteert worden als hier vooren geseyt is van alle de selfde, sal wesen een vijfde part voor den aermen deser stede van Eecloo, ende vier deelen in profijte van desen gulde.

art 30     Item den deken en die vanden eedt ter interventie van hunnen Balliu vermogen de caerte van onsen gulde te veranderen de selve verminderen ende vermeerderen naer hun goetduncken behoudens dat daer inne niet begrepen en sullen sijn eenige boeten exiderende de thien schellingen wel verstaende dat elcken guldebroeder alle casten, schaeden ende intresten begrepen inde selve caerte elck zal mogen verhaelen aenden gonen hem eenige gedaen hebbende soo hij te schaede wort, tot ontfangen vande selve baeten is den Balliu gequalificeert en is schuldig ten daege vande rekeninge over te bringen aen deken en die van den eedt, ende selve caerte te hangen in onsen camere imers daer het verheyst naer gewonte.

art 31     Item den deken vermag door den Balliu ofte onsen cnaepe van onsen gulde te doen dagvaerden die van den eedt, mitsgaders de generaele guldebroeders tot het trecken van eenige resolutie, onsen gulde raekende, en is schuldig te compareren in onsen voorseyden have op de ure gedagvaert sijn op peyne van te verbeuren eeen boete van thien groote ten profijte als vooren, ende sullen altijt de presente overvoysen d'assente.

art 32     Item den deken ofte sijne gecomitteerden sijn schuldig van alle resolutien ordonnantien die van wegen de guldebroeders gedaen sullen worden, te houden behoorlijck register, soo hij oock schuldig is van al het gone voorschreven mitsgaders is den deken, in sijn absentie de gecomitteerde vanden eedt te teeckenen de voorseyde ordonnantien de selve geteeckent sijnde sal men moeten geven volle geloove in het regt daer het verheyschen sal geen voorder betoog moeten worden gedaen.

art 33     Item al dat in deze onse ordonnantie ende reglemente niet en is geschreven is men schuldig te aghtervolgen en te useren gelijck van houde tijden heeft geuseert ende sal met onse ordonantie ende reglemente onder blijven alle voorgaende ordonantien en reglementen bij ons ofte onse voor saeten gemaeckt ende naer volgens d'ordonantie van daeten den 17 juny 1618.

art 34     Item alle papieren documenten onsen gulde compiterende sullen moeten geleyt worden ende bewaert in den koffer van onsen gulde, den welcken bedevaert sal worden bij onsen deken t'elckx regte.

art 35     Item en vermag dese onse ordonnantie ende reglemente te vermeerderen ofte verminderen maer elcken guldebroeder is schuldig die te onderhouden en t' opserveren naer haeren inhoude wel verstaende dat ingevalle den deken ende gecometteerde geradig vande daer inne eenige veranderinge te willen doen op de pointen ofte artikelen der selver, vermogen het selve te doen behoudens alvooren daer toe hebbende consent vande generaele guldebroeders.

art 36     Item den Balliu van onsen gulde is gehouden ten vermaene van den deken en de gecomiteerde, dese onse ordonantie ende reglemente te publiceren en copie autenticq bevens de caerte van onsen gulde op ordinaire vergaderinge te hangen in onse camere op de boete van thien stuyvers ten profijte van onsen gulde.

Aldus bij ons guldebroeders in primio deser vermelt ende geordoneert de voorseyde onse ordonantie ende reglemente van onsen voorseyden hove van den edelen en heyligen ridder Joris onderhouden met den staelen voetboge binnen dese stede keure ende vrijhede van Eecloo, ende omme dat de voorseyde onse ordonantie ende reglemente te beter soude bij ons en onse naercomers de gone sullen sijn guldebroeders van onsen voornoemden gulde te beter soude onderhouden ende geopserveert worden mits dat de selve in alles soude supsisteren ende voor altijdt volle effect sorteren soo verclaeren wij, soo wij doen bij desen af te gaen ende te renunchieren aen alle regten, costumen en privilegien, en usantien die hier jegens eenigsins contrarie mogen wesen waer naer willen de selve onse voorseyden ordonatie ende reglemente promptelijck onderhouden ende opserveren oock bij onse naercomers soo vooren geseyt is, en in volcomen van diere verbinden wij onsen persoon en goederen, present en toekomende onse seture weduwe, hoors in solidum mitsgaders de gone van onse naercomers, de gonne sullen guldebroeders van onsen gulde, gevende bij desen procuratie spetiale, irevocable magt aen Jr. Pieter De Smet, procureur deser vierschaere, omme te gaen en te compareren voor D'heeren Borgemeester ende schepenen deser stede, keure ende vrijhede, van Eecloo, omme de voorseyde onse ordonantie ende reglemente naer haere forme en inhouden van diere, daer toe te doen ende te laeten wijsen wettelijck en executoire en ons en onse naercomers in t'opserveren en onderhouden van diere daer inne te laeten condemneren alles met agreatie in forma gedaen in camere van onsen hove voorschreven op onse ordainaire vergaderinge den 15e. dag van Augustus 1682.

Was onderteeckent bij de naerschreven guldebroeders, Pieter Dobbelaere, coning.
Laurens de Brabander, deken.
Jan Casier, Pieter Iket d'oude, Servaes de Baets, Adriaen van Heersdaele, Cornelis van Landschoot, Philips Beelaert, Vincent Mussche, Jacques de Baets, Jacop Iket, Michael Beelaert, Pieter Iket, Joos Stobbelaere, Adriaen Cle, Jacop Billet, Joos Heergat, Jooris de Mulder, Pieter Beelaert.
 

Voor het eerste kwart van de 18e eeuw beschikken we over geen inlichtingen. Vermoedelijk hadden de gilden opnieuw opgehouden te bestaan.  Het is pas rond 1735 dat de materiële welstand enigzins was teruggekeerd.

Op 2 juni 1738 «sijn binnen desen hove gheschoten 3 selvere prysvogelen waerop begroet waeren d'heeren gecommitteerde van de gilden van Gend ende Eecloo...» (13)

Veelvuldig waren de schietingen «voor vijf silveren prysen» welke gehouden werden in de hof van onze gilde in 1756, 1775, 1784, 1788, 1791 en 1793.

Een zeer oude foto van de Koninklijke Handboogmaatschappij
«De Lieve» te Eeklo (1877).
Prentkaart uit de verzameling van André Verbeke, Gent.

In 1789 had er te Eeklo een schieting plaats op verzoek van de gilden van Gent, Brugge en Deinze, waarop ook die van Wachtebeke en Tielt waren uitgenodigd.

Volgens de tijdsomstandigheden moesten de deelnemers hetzij «de somme van eene pistole wisselgeld of van 1 pond wisselgeld» betalen.

In 1770 en 1780 had onze gilde deelgenomen aan een schieting te Brugge.  Op de laatste schieting waren niet minder dan negen gilden aanwezig.  Eeklo was vertegenwoordigd door zes man.  De eerste en tweede prijs werden gewonnen door Eeklo, zijnde «d'een middel vogel, eene silvere caffé kanne, weedigh 26 p. 18 s wisselgeld en een koppel kandelaers, weerdigh 14 p. 3 s wisselgeld.»

Reeds vanaf 1403-1404 werd er jaarlijks melding gemaakt van een koningschieting.  Het is pas op het einde van de 18e eeuw dat we vernemen hoe een dergelijke schieting verliep.  De aktiviteiten begonnen op Sacramentsdag en duurden twee dagen (14).  Onmisbaar waren de missen die op ieder van de twee dagen gehouden werden.  De te schieten prijzen waren nu eens in speciën, dan weer in natura.  Zo kreeg de schutter die in 1791 de hoogste vogel afschoot 1 p. 10 s wisselgeld, maar moest 1 p. geven «ten baete van de comfraters...»  De twee vogels naast de hoofdvogel waren ieder 1 p. gr. waard en elke schutter die er een van afschoot, moest 2 kannen wijn geven.   De twee onderste vogels waren ieder 15 s waard; hier moest de schutter anderhalve kan wijn schenken.

In 1792 waren de prijzen in natura:
1e prijs «eene dosyne caste tassen met eenen milkanne ende thepot.»  De winnaar schonk 5 kannen wijn.
2e prijs «eene dosyne blauwe casse tassen».
3e prijs «ieder eene dosyne thetassen».

Naargelang de financiële mogelijkheden van de gilde werd een gemeenschappelijke hoeveelheid drank geschonken aan iedere gildebroeder.  Tevens bepaalde men «dat men sal mogen beginnen drinken van s'achtermiddags ten vijf uren...»

In 1789 «zal verteirt worden het restant van de vijftig flesschen wijn...»
     1793... iedere dag veerthien flesschen wijn...
     1795... dat alle confraters onder de peirse niet meer en sal mogen drinken voor gemeene rekeninge als eene flessche wijn...
     1796... iedere dag één gulden.

Op 6 juli 1796 ontving de gilde een schrijven van de municipaliteit, waarin werd aangedrongen binnen de acht dagen een volledige inventaris van al de bezittingen aan het bureau over te maken.

Hier volgt de inventaris zoals hij werd overgemaakt... of alle bezittingen er nu op voorkomen is natuurlijk een andere zaak !

Staet behelsende het gene het gilde competeert.






Een silveren gaeyken aen een lint.
Eene trommel met de bailliuperse.
Eenen standaert.
Een kofferken met papieren.
Een huys synde eene herberge genaemt het hof van St Jooris bewoont bij Francies Thienpond, voor 20 p. 10 s. jaers.
Het gildenhof is belast met eene rente groot dry hondert ponden grooten wisselgelt ten advenante van den penninck vijf-en-twintig, loopende in profyte van joffr. Susanna Hoste waer van den interest is betaelt tot 3 meye 1795.
Voorts is er eenen uytweg van achter verleent aen joffr. Hercke voor vijftig bouteillen tourne wijn, welken uytweg komt te cesseren met aen haer te betaelen de somme van vijf ponden wisselgelt.
Voorts is het achterhof, groot 33 roeden, in ceynse gegeven aen Carel van Hoorebeke voor negentwintig achtereenvolgende jaeren, het eerste jaer ingank genomen den 5 augusti 1792 voor ende omme de somme van twee ponden grooten t'jaers mits conditie hij contant betaelde de vijf eerste jaeren, bedraegende tot de somme van thien ponden grooten courant.

In januari 1797 werd aan de leden «dewelke nog schuldig sijn van gelaegen» gevraagd hun rekening te komen betalen.

De St. Jorisgilde hield haar laatste vergadering op 20 juli 1797, daarna verdween ze voor altijd.

Over het hof van St. Joris zijn ons weinig gegevens bekend.  Het was gelegen op de markt (daar woont nu de familie Landuyt) en had een uitweg in de Paterstraat (eenen ganck breet 17 voet).

In 1543 staat het samen met het «Hof van St. Sebastiaan» en «De Zwaan» genoteerd als logeerplaats voor vorstelijke personen die Eeklo bezochten.

In 1580 werden de bomen van het Jorishof gerooid en verkocht door de calvinisten, om aldus de hoog oplopende kosten van de verdedigingsbouwwerken enigzins te kunnen dragen.

In 1758 werd het hof gepacht door Norbertus Dobbelaere voor 15 pond gr. courant geld, inbegrepen «het hof, huys en erfven daer mede gaende de brauerije met allen den halm, brauwketel, cuype, back en de vordere halm voor eenen termijn van 6 jaer». (15)

De laatste jaren van het bestaan van de gilde, werd het hof uitgebaat door Francies Thienpond voor 20 p. 10 s gr. jaarlijks.  Op 20 juli 1797 ontving Thienpond bericht van de ontvanger der nationale domeinen om binnen de acht dagen zijn huishuur «in sijnen handen te betaelen...»

Onmiddellijk werd er een spoedvergadering belegd, die ook de allerlaatste zou zijn.  Men was van oordeel dat er voor de zaak «geprocedeerd» moest worden...  Maar het was alles tevergeefs...

Het hof van de kruisbooggilde werd verkocht aan de «collaborateur» Karel Beelaert.  Deze verkocht het in 1812 aan Jan Baptist De Wispelaere, die het op zijn beurt in 1822 verkocht aan Henri Berte.  Deze liet het huis verbouwen.

In 1865 ging het over aan Karel Berte en in 1889 werd het door notaris Dauwe in openbare veiling toegewezen aan Felix Boekaert.

Wij willen dit artikel afsluiten met een chronogram van de St Jorisgilde, dat zou moeten dateren van 1772 :

            LanCk Moet gY nU LeVen aLs Waere broeDders.

ERIK DE SMET.

Geraadpleegde bronnen:

Rijksarchief Gent (RAG.). Stadsarchief Eeklo (S.A.E.).
Ed. Neelemans : De Geschiedenis van Eeklo.
A. Van Acker : De Geschiedenis van Eeklo.
J. Van Praet: Jaerboek der Keyserlijke en Koninklijke hoofd-gilde van Sint Joris te Brugge.
E. Van Hemelrijk: De Vlaamse Krijgsbouwkunde, Tielt 1950.
P. Allossery: Het gildenleven in vroeger eeuwen, Brugge 1926, Ons Meetjesland, jg 6, n° 1.

__________________________

(13) J. Van Praet. Jaerboek der Keyserlijke en Koninklijke hoofdgilde van Sint Joris te Brugge. p. 53. Terug naar de tekst
(14) SAE, n° 238 Terug naar de tekst
(15) SAE n° 306. Terug naar de tekst

Separator

De Schuttersgilde van Sint-Joris (1ste deel) (2de deel)
De schuttersgilde van St-Sebastiaan te Eeklo
onder het oud régime

Naar de top van deze blz.

Inhoudstafels
1968 - 1969 - 1970 - 1971 - 1972 - 1973 - 1974 - 1975 - 1976 - 1977
1978 - 1979 - 1980 - 1981 - 1982 - 1983 - 1984 - 1985 - 1986

Welkomblz van tijdschrift "Ons Meetjesland"
Doorzoek «Ons Meetjesland»!

MijnPlatteland homepage
MijnPlatteLand.com

Meest recente bijwerking :  21-04-2021
Copyright Notice (c) 2024